Gek is dat. Ik hou van fietsen. Al mijn hele leven volgens mij. op mijn 9de fietste ik op een waggel fietsje op en neer van Limburg naar Zeeland, op mijn 16de -zonder versnellingen wil ik er nog wel even bij vermelden (en ik had overigens 5.48 voor de cito, had ik dat al eens gemeld? ) - naar Parijs, later ook nog in Hongarije, en tijdens mijn puberteit trotseerde ik elke dag de Windraak of de Kellener of 'het veld' terwijl mijn plaatsgenootjes allemaal hadden gekozen voor een school die veel dichterbij lag. Jarenlang droomde ik ervan ooit nog eens op de fiets van apenbroodboom tot apenbroodboom in Afrika te fietsen (toen ik tijdens mijn laatste verblijf in uganda een boek las van iemand die daadwerkelijk van Senegal naar Tanzania was gefiets, was ik vrij snel genezen van deze droom. Er zijn grenzen). Ik en fietsen is dus eigenlijk best een goede combi.
Ik en fíétsen daarentegen....
Tijdens mijn middelbareschoolperiode stierven mijn fietsen altijd een snelle dood door de ellende die ik ze aandeed met mijn krantenwijkje.
Tijdens mijn studie werden mijn fietsen massaal gejat. En even massaal vond ik ze weer terug. Stond bijvoorbeeld mijn mooie fietsje waar ik zoveel tranen om had gelaten toen iemand zomaar besloot dat het nu ZIJN fiets was, zomaar opeens voor mijn neus in de fietsenstalling van het station. Ventielen eruit, bij de hema een slot gescoord, slot aan de fiets. Briefje erbij:
Geachte dief, ik hoop dat u genoten heeft van mijn fiets. Nu zou ik hem graag weer zelf willen gebruiken. Bedankt voor het verwijderen van uw slot. Toen was het weer MIJN fiets.
Dezelfde fiets trof ik enkele maanden later zomaar opeens aan in de hand van een nogal slecht uitziende man. Ik denk dat ie ook stonk, al heb ik dat niet geroken, moet ik eerlijkheidshalve eraan toevoegen. Maar hij had dus mijn fiets vast. Maar even later had ik mijn fiets weer vast, was ie toch nog van mij. En is ie onder mijn derriere oud geworden en uiteindelijk ook gestorven.
Toen ik moeder werd, kocht ik een betere fiets. En na anderhalfjaar was ie opeens weg. Had um op het station gezet toen ik mocht zien hoe mijn vrienden elkaar het ja-woord gaven, en hij stond er niet meer toen ik later op de dag met mijn zoon in de stromende regen terug kwam. Ik moest hard huilen en het regende ook hard en het leven was even ook hard, best harmonieus dus eigenlijk.
De dag erna moest zoonlief gewoon naar de opvang gebracht worden, en moeders werd gewoon weer verwacht bij de grootste familie. Dus kocht moeders een nieuwe fiets, en daarbij keek ze niet op een euro. Een echte moederfiets. Fijn. De plaatstelijke krant schrijft een paar weken later op pagina 18 een klein stukje over de gemeente die heeft besloten fietsen te verplaatsen op het station die verkeerd geparkeerd staan. Ik kom aan op het station, op de plek waar ik mijn fietsje had achtergelaten, is niks te lezen over dat het verboden terrein is, laat staan dat verkeerd geparkeerde fietsen verplaatst worden. Maar helemaal achter het station staat, tussen heel veel andere voor gestolen aangenomen fietsen, inderdaad mijn mooie vertrouwde, maar door de regen en de ellende behoorlijk verrotte fiets. Toen had ik er ineens twee.
Maar dat duurde niet heel lang. Afgelopen maand besloot iemand anders dat hij of zij mijn dure en nog bijna nieuwe moederfiets beter kon gebruiken dan ik. Kan ik inkomen, dus ik kocht een nieuwe. En ik heb geen auto en wel een zoon en verantwoordelijkheden en zo, en nog steeds wensen om verre stukken te fietsen, dus ik koos weer niet voor een simpel modelletje. En ook niet voor een simpel slot. Ik fietste van de winkel naar huis, fiets in het schuurtje, op slot. Zoonlief en ik lopen naar de deur. Zoonlief vraagt de sleutel. En daarna heb ik de sleutels nooit meer gezien.
In mijn schuur staat een heel mooie fiets, de coolste van het schoolplein als ik de website van de winkel mag geloven, en intussen weet ik dat in mijn brievenbus de afstandsbediening voor mijn dvdspeler lag, dat in mijn printer de fiches zijn te vinden van een spelletje, dat er in mijn geluidsbox een tampon, een pen, 3 bouten van zoonliefs werkbankje en een onderdeel van zijn rietjesbeker liggen. En ik weet nu dat ik laatst per ongeluk een wasknijper heb opgezogen en dat mijn afval grotendeels bestaat uit luiers. En ik weet ook dat ik morgen nano weer ouderwets op mijn gammele fietsje, die ooit weken lang op het station stond weg te kwijnen, naar de oppas breng...